Les 1.1: Belangrijkste onderwerpen uit COM1: Algemene procedures Copy
Dit hoofdstuk omvat de basis van het vak radiocommunicatie. Je komt er achter hoe radioberichten zijn opgebouwd, welke terminologie wordt gebruikt, hoe de baannummers aan hun nummer komen en, het belangrijkste, hoe je zelf deelneemt aan het radioverkeer. Hieronder vind je een overzicht van de belangrijkste onderwerpen en aandachtspunten. Daarna kun je verder naar het volgende onderdeel.
Callsigns
Misschien ken je ze wel, de registratienummers van vliegtuigen zoals PH-TGA of PH-4W5. Deze nummers worden in de kleine luchtvaart vaak als callsigns gebruikt. Een callsign is de naam waarmee het luchtvaarttuig wordt geïdentificeerd over de radio. Buiten enkel het registratiekenmerk kan de radiotelefonieaanduideling gevolgd door de laatste vier karakters van het registratiekenmerk worden gebruikt of de radiotelefonieaanduiding gevolgd door get vluchtnummer.
Maar wist je dat ook elk grondstation een callsign heeft? Op de grond bestaat de callsign altijd uit twee onderdelen: de locatie (bijvoorbeeld een stad of een vliegveld) en de dienst die wordt verleend, dit kunnen er verschillende zijn:
- Control (area control, algemene verkeersleiding)
- Approach (Naderingsverkeersleiding)
- Tower Plaatselijke verkeersleiding)
- Radar (Radarverkeersleiding)
- Ground (bewegingen op de grond, taxien)
- Delivery(Clearance Delivery, toestemming om op te starten)
- Information (vluchtinformatie, als je al aan het vliegen bent denk dan aan Amsterdam Information, Dutch Mill)
- Radio (luchthaveninformatie, ongecontroleerde velden)
Meer hierover komt nog terug in de komende hoofdstukken.
Je kunt je voorstellen dat je over de radio, zeker op momenten dat het druk is in de lucht, de communicatie zo effectief mogelijk wil laten verlopen. Daarom kunnen callsigns ook worden afgekort. Er wordt hier weer onderscheid gemaakt tussen wat geoorloofd is voor het grondstation en het luchtvaarttuig. Een luchtvaarttuig mag de naam van een grondstation afkorten als de verbinding tot stand is gebracht en de communicatie bevredigend verloopt. Zowel het eerste als het tweede deel van de callsign mag dan worden gebruikt. Schiphol Tower kan dus worden afgekort tot Schiphol of Tower.
Voor wat betreft de afkorting van het luchtvaartuig ligt dat ietsje anders. Dit callsign mag alleen worden afgekort op initiatief van het grondstation. Je mag als luchtvaarttuig deze afkorting overnemen of je complete callsign blijven gebruiken. De afkorting van het registratiekenmerk van het luchtvaartuig is meestal de combinatie van de eerste letter en de minimaal de laatste twee tekens. PH-TGA wordt in dat geval dus PGA maar kan ook PTGA zijn. Wanneer een radiotelefonie-aanduiding met registratiekenmerk wordt afgekort gebeurt dat door de volledige radio-aanduiding gevolgd door tenminste de laatste twee letters of cijfers. Speedbird BAJE wordt dan Speedbird JE in het geval van British Airways.
Tot slot kan het voorkomen dat de verkeersleiding die eerder jouw callsign afkortte, weer je volledige callsign gebruikt. Je bent dan verplicht om dit weer over te nemen, dit kan zijn als er zich nog een vliegtuig meldt met bijna dezelfde callsign waardoor je afkorting niet meer uniek is. Daarnaast kan de verkeersleiding je ook tijdelijk een compleet andere callsign toewijzen wanneer er verwarring ontstaat. Ook dit ben je verplicht om over te nemen, in de praktijk zal dit niet zo veel voorkomen.
